York

By G. Bosch

The Project Gutenberg EBook of York, by G. Bosch

This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever.  You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.org


Title: York
       De Aarde en haar Volken, 1909

Author: G. Bosch

Release Date: December 25, 2008 [EBook #27628]

Language: Dutch


*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK YORK ***




Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at https://www.pgdp.net/







YORK.

door G. Bosch.


In het noord-westen van Engeland ligt, zooals u bekend is, de
hoofdplaats van het graafschap Yorkshire; bijna naast onze deur,
van Rotterdam op Hull per stoomboot, en dan nog slechts een goed uur
sporen. Bezigheden riepen mij daarheen, en ik zag er zoo veel moois,
en hoorde er zooveel dat de aandacht waardig is,--dat ik niet aarzel
het u in 't kort mede te deelen.

York is eene zeer oude stad; wanneer men nu het dagelijksch verkeer
daar waarneemt, dat geenszins aan eene wereldstad maar duidelijk aan
eene provinciestad doet denken, al zijn er meer dan 78.000 inwoners,
en al wordt de stad zeer druk bezocht door de groot industriëelen en
de oeconomen uit haren aan delfstoffen zeer rijken en bovendien zeer
vruchtbaren omtrek,--dan kan men zich niet zoo dadelijk voorstellen
op eene plaats te zijn, waar voor eeuwen soms over 't wel en weê
van het groote romeinsche keizerrijk beslist werd. En vóór den tijd
der romeinen had York reeds eene geschiedenis; het werd gesticht
in de 8ste en 9de eeuw voor onze jaartelling, en is dus ouder dan
Rome. De Britten noemden het Caer-Evranc, en als Eboracum treed het
reeds in de 2de eeuw van onze jaartelling op den voorgrond als de
hoofd-nederzetting der Romeinen in Brittanje; als het hoofdkwartier
van het 6de legioen en als residentie der keizers. Keizer Severus
stierf in 211 te York en werd er begraven; Constantijn de Groote
werd er in 306 tot keizer uitgeroepen. In het Saksische tijdperk
handhaafde het zijne aanzienlijke stelling en van York uit verspreide
het Christendom zich over het noorden van Engeland. De Normandiërs
hadden er eene belangrijke nederzetting. Willem de Veroveraar
bouwde er twee kasteelen om het land tusschen de Humber en de Tees
te bedwingen. Hendrik II van Engeland ontving hier de huldiging van
Willem den Leeuw van Schotland. Het huwelijk van Eduard III en Philippa
van Henegouwen werd hier gesloten. Eduard IV werd er gekroond na den
slag bij Hexham, en het leger der koningsgezinden vluchtte binnen de
wallen van York, nadat de rondkoppen van Cromwell hen bij Marstonmoor
zoo deerlijk geslagen hadden. Karel I werd in een klein vertrek van
de Guild Hall van York voor 200.000 pond sterling aan de Schotten
overgeleverd. Kortom bijna elke voetstap te York wordt gezet op door
de geschiedenis gewijden grond.

De kathedraal van York is het waarteeken der stad, en met recht. Zij
is een der grootste en prachtigste kerken in Engeland, en dat zegt
veel, want de engelsche kathedralen zijn wereld monumenten. Van den
vroeg-engelschen bouwstijl is de kathedraal van Ely het waardigste
voorbeeld; zij is langer maar smaller dan die van York; zij heeft
misschien meer eigenaardigheden, maar die van York, trouwens van
later dagteekening, spant de kroon.

Op dezelfde plaats waar nu dit trotsche gebouw zich verheft, werd
allereerst in 627 door Paulinus, de eerste aartsbisschop van York,
een kleine houten kerk gebouwd; spoedig werd zij door eene van steen
vervangen, deze en eene volgende werden door brand vernield, en daarna
werd de grondslag van de tegenwoordige kerk gelegd, door den eersten
normandischen bisschop. Opeenvolgende kerkvoogden bouwden er aan
voort en breiden haar uit, tot zij ongeveer in den tegenwoordigen vorm
in 1472 voltooid werd. De kerk boven den grond is in de zoogenaamde
decorated Gothic stijl aangevangen, en in den weelderigen stijl der
latere gothische bouworde opgetrokken. Bouwkundige merkwaardigheden
zijn het westelijk front; de Vleugels (Transepten); de indrukwekkende
midden-toren; het buiten triforium van het priesterkoor; het
Kapittelhuis en het groote oostelijke venster.

De kript (onderkerk) is laat romaansch, maar er zijn hier en
daar sporen van ouder metselwerk, waarschijnlijk uit het saksisch
tijdperk. Engelsche deskundigen wijzen u daar gaarne op, gevoelig
als zij zijn aan de onjuiste maar toch zeer verspreide opvatting,
alsof men vóór de overheersching door de Normandiërs in Engeland
geene steenen kerken, en in 't algemeen niet in steen bouwen konde.

De kathedraal van York bevat prachtige oude geschilderde
vensterglazen. Zelden ziet men er zoovele bijeen. In den zuidelijken
vleugel is een venster met nieuw gekleurd glas, dat hoe fraai ook
op zichzelf, toch eene droeve figuur maakt in de omgeving van dat
heerlijke oudere.

Ik waag mij niet van eene verdere beschrijving der kerk. Het geven
van nadere bijzonderheden over de stijlen, die hier en daar op
den voorgrond treden, zoude u wellicht vervelen, en stellig boven
mijne krachten gaan. Er behoort oneindig veel studie toe om in al de
eigenaardigheden van zulk een monument thuis te geraken. Ik hoorde eens
een vermaard bouwkundige zeggen, dat men na jaren en jaren vlijtige
bestudeering van zulke gebouwen, nog telkens weêr bijzonderheden
ontdekte, dikwijls oorspronkelijker en merkwaardiger dan al wat men te
voren gevonden had. Alles wat men ziet is echter ook niet voor iedereen
mooi; zoo is te York in de vorige eeuw in het schip het houten dak
afgebrand; het werd met uitnemende zorg hersteld,--maar geverfd als
of het van steen was. Ook dat werk is uitstekend gedaan, maar 't kwam
me wat wijsneuzig voor, om een werk in hout, van keurige constructie
en uitvoering, te gaan kleuren en het uiterlijk te geven van iets
dat het niet is en ook in deze verhoudingen en omgeving niet zijn kan.

Dikwijls hoort men veel bereisde lieden zeggen, dat zij er nu
eenmaal genoeg van hebben, om kerken te gaan zien, en dat is niet
onbegrijpelijk. Eene kerk is niet altijd mooi, en men wordt alleen
tot een bezoek gedreven omdat het eene kerk is en dikwijls het
eenige groote bouwwerk in wijden omtrek. Dikwijls is zij ook alleen
merkwaardig om zaken die alleen den vakman kunnen boeien. Maar
toch kerken als de kathedraal van York mag men niet overslaan; die
maken denzelfden bijzonderen indruk als schilderijen van Rembrandt;
als muziek van groote meesters; men wordt er door medegesleept, en
het zien en hooren blijft een niet te miskennen genot, ook voor den
leek. Die kerken zijn prachtig versierd, maar niet overladen; bij al
de eigenaardigheden der bouworde blijven zij stemmig, en vooral dit
maakt een aangenamen indruk. Ik ben ook wel eens huiverig wanneer men
mij voorstelt eene kerk te gaan zien, omdat ik een onoverkomelijken
afkeer heb van overdadige versierselen; die mij voorkomen in eene kerk
't allerminst op hare plaats te zijn. Van den anderen kant houd ik
ook niet van die ledige, kale kerken, waar men niet veel meer ziet,
dan groote, ijle ruimte en wit gekalkte muren. In de kathedraal te
York heeft man noch van 't een, noch van het ander te veel; en wijkt
misschien hier en daar eene kapel of zoo, van den goeden regel af, dan
kan dat toch aan het overheerlijke geheel geen afbreuk doen. In zulke
kerken gevoelt men, dat de bouwkundigen ten volle getracht hebben,
onder toepassing van al hun weten en kunnen, een tempel te stichten.

Maar ik heb u misschien reeds te lang bezig gehouden met de kathedraal,
de overige kerken van York zullen we daarom ook maar voorbijgaan.

Voor reizigers, die met den trein te York aankomen of in het
uitstekende Stationshotel logeeren, is het zeer gemakkelijk van
daar uit een overzicht van de stad te krijgen. Men gaat het plein
af links, langs een wit marmeren standbeeld, over eene brug en
krijgt dan spoedig aan zijne linkerhand den ingang van een park,
de Philosophical Society's gardens; rechts van den ingang zijn de
overblijfselen van het St. Leonards Hospital, oorspronkelijk uit den
Saksischen tijd en door koning Stephen in de 12de eeuw herbouwd. Verder
op de zoogenaamde Multangular Tower, die vroeger het zuid westelijk
eindpunt van de romeinsche stad was. Er is verder in dat park een
museum met eene prachtige verzameling van romeinsche oudheden. Dan
nog de schilderachtige bouwvallen van de St. Mary's Abbey, een van
de belangrijkste kloostergebouwen in Yorkshire, merkwaardig om zijne
bouwkundige eigenaardigheden. Aan het einde van het park vindt men
eene groep gebouwen, waarin thans een instituut voor blinden gevestigd
is. Zij werd gesticht door Hendrik VIII als eene residentie voor de
Lords President of the North. Hier woonde tijdelijk de ongelukkige
Thomas Wentworth graaf van Strafford; zijn blazoen is nog boven den
ingang aanwezig. De gebouwen zien er wat somber uit, maar doordat
ze voor een groot deel met klimop begroeid zijn, maken zij een
schilderachtigen indruk.

In dat park troffen mijne Yorksche vrienden, bekenden van hen in
ernstig overleg; het waren commissarissen voor het groot festijn dat
dit jaar in het laatst van Juli te York gevierd staat te worden. Dan
worden er groote historische optochten gehouden; in elk opzicht getrouw
aan de geschiedenis, en wat kleederdrachten, versieringen en wapenen
aangaat uit onbekrompen beurs daargesteld.

Laat ik eenige grepen doen uit het program.

Het eerste tijdvak, ongeveer 800 jaar van onze jaartelling, opent met
een eenvoudig tafereel met plaatselijke voorstellingen. De levenswijze
van de oorspronkelijke landbewoners wordt in groepen voorgesteld.

Het tweede tijdvak is dat der romeinen en omvat drie eeuwen.

Het derde tijdvak is het Saksische toen het romeinsche Eboracum
omgedoopt werd als het Saksische Evferwic.

Het vierde vertoont het deensche Iorwik, besloten door een groot
christenfeest.

Het vijfde geeft York onder de heerschappij der Normandiers,
Plantagenet's en onder de Lancastersche en Yorksche heerschers.

Het zesde behandelt den grooten burgeroorlog.

Het zevende en laatste speelt in 1644. (Trust in God, and keep your
powder dry!)

Het houden van dergelijke geschiedkundige optochten is thans wel
wat de mode in Engeland; maar die mode wordt gevolgd met niet te
misprijzen ernst, en het voorbereiden wordt daardoor een werk van
uitgebreide studie. De Pageant wordt wijd en breed aangekondigd; een
dier aankondigingen trok bijzonder mijne aandacht, om de spoorwegkaart,
die op den omslag gedrukt was, met het wel wat opgeschroefde opschrift
"alle wegen gaan naar York!" Wellicht is het ook eene zijdelingsche
herinnering aan de bekende zegswijze: alle wegen gaan naar Rome; Rome
dat door de Yorkers zoo gaarne hunne jongere zusterstad genoemd wordt!

Laten we de heeren te York van 26 tot 31 Juli goed weer toe wenschen!

De feestcommissarissen aan hunnen arbeid overlatende zetten we
onze wandeling voort en beklimmen de stadsmuren, een bouwwerk uit
het midden der 14de eeuw, gedeeltelijk op de grondslagen der oude
romeinsche wallen voortgebouwd. Deze stadsmuren zijn vooral in
de latere jaren sterk gerestaureerd en steken daarom tegen hunne
omgeving wel wat nuchter af,--maar dat kan wel niet anders; die nu
een 50 tal jaren na ons komen zien de muren weer door wind en regen en
stof grauw gekleurd en genieten er van; waren ze niet gerestaureerd,
dan bestonden ze over vijftig jaar wellicht niet meer.

We gaan links om; kruisen de spoorlijn en komen spoedig aan
Micklegate-Bar, eene der zes oude stadspoorten, allen merkwaardig
en mooi. Weldra krijgen we een heerlijk uitzicht op de kathedraal;
komen langs de Victoria Bar, en gaan over Bade-Hill, de plaats
waar een der kasteelen van Willem den Veroveraar stond. Nu over de
rivier de Ouse. Links over de rivier naderen we het groote kasteel,
ook een werk van Willem den Veroveraar, eene verzameling van
onderscheiden gebouwen, waarvan het voornaamste de Clifford toren
is. Deze eerwaardige bouwval is een brandpunt van geschiedkundige
herinneringen. Daar werden onder Richard 1500 Joden vermoord; in den
grooten burgeroorlog hielden hier de royalisten onder Francis Clifford,
graaf van Cumberland, stand. De beroemde kwaker George Fox werd hier
eenigen tijd gevangen gehouden. In den toren is eene verzameling van
oude pijnigings werktuigen, die iemand van den tegenwoordigen tijd
eigentlijk niets dan afschuw inboezemen. Het kasteel wordt overigens
thans tot militaire doeleinden gebruikt.

We gaan op den muur verder, langs Fishergate en Walmgate een
merkwaardig middeneeuwsch bouwwerk. Bij den zoogenaamden Red Tower
verdwijnt de muur, en we volgen de straat tot aan de Layerthorpe brug,
waar ze weêr begint, om na enkele minuten de Monkbar te bereiken;
van daar over een geheel gerestaureerd gedeelte tot de Bootham Bar,
waar we weêr een mooi gezicht krijgen op de kathedraal en over de
tuinen van de Deanery. We zijn nu bijna aan het einde. Eene heerlijke
wandeling is het, die aan weerszijden prachtige uitzichten geeft op
het oude en nieuwe York.

Reizigers die gaarne oude en vreemde gebouwen zien, kunnen in York te
gast gaan. In de Shambles vinden ze straten waarvan de huizen groote
neiging vertoonen om met de voorgevels van weêrszijden tot elkaar te
komen, en men uit de bovenverdiepingen elkaar over de straat heen,
de hand kan reiken. Aan het oostelijk einde van de kathedraal vindt
men een fraai oud huis in het St. Williams College; men is bezig het
te restaureeren. In het St. Anthony hospitaal is een prachtig houten
dak, en in de Guild Hall vindt men enkele fraaie eiken houten pijlers.

Dat alles zag ik gedurende een tweedaagsch verblijf te York, in de
snipper uurtjes tusschen de bezigheden. En met groote voldoening en
met het voornemen om de kennismaking te hernieuwen en dan verder
in Yorkshire rond te kijken. De kusten moeten prachtig zijn, rijk
aan stoute en grillige rotspartijen; de dalen der Tees, Swaledale
en Wensleydale moeten buitengewoon lief zijn, en de wandeling langs
die riviertjes, vooral langs de Tees, tot aan haren oorsprong in de
Cimbrische bergen moet van niet geëvenaarde bekoorlijkheid zijn.

Nog eene opmerking van anderen aard. Yorkshire werd ook een tijd
bewoond door Saksers, en wel door dezelfde stammen, als zich in ons
land in Friesland vestigden. Daar van kan men in beider volkstaal
sporen vinden. De Friezen hadden indertijd een shibboleth, waaraan
zij elkaar herkenden als behoorende tot denzelfden zuiveren stam. In
het boerenfriesch, zooals hier gewoonlijk die oude taal zeer ten
onrechte genoemd wordt, kan ik u dat herkenningswoord niet weêrgeven,
maar in het hollandsch luidt het: Brood, boter en groene kaas; die
dat niet zeggen kan is geen echte fries. Welnu! in Yorkshire heeft
men hetzelfde, met eene maar weinig gewijzigde uitspraak. Het heet
daar: Brood, boter en groene kaas, die dat niet zeggen kan is niet
goed Halifax en niet goed friesch. Waarom zij hier friesch zeggen en
niet bijv.: Yorkshire of Saxon is mij niet duidelijk. Halifax was in
het tijdperk der Saksers de hoofdstad van het landschap.--Aangaande
ditzelfde punt werd mij ook eens medegedeeld, dat in het begin der 19de
eeuw een geleerde engelschman voor taalstudiën Friesland bezocht. Hij
reisde met zijn knecht. Bij eene friesche familie ten platten lande op
bezoek zijnde, werd de knecht in de keuken gelaten, en toen in den loop
van den avond de engelschman eens in de keuken ging hooren, hoe zijn
knecht het stelde met de taal, onder die vreemde menschen, antwoordde
de man hem "Best mijnheer! alle menschen hier spreken plat Yorkshire!"

Er bestaat dus van oudsher stamverwantschap tusschen friezen en
Yorkshire's.





HET PASSIESPEL OP DE MARQUESASEILANDEN.


De roem van de passiespelen te Oberammergau is door de heele wereld
verbreid, en waar ook maar een kerk is opgericht of een kapel, waar ook
zendingsposten te vinden zijn, daar is wel nu en dan een rondreizend
leeraar opgetreden, die voor de verbaasde gemeente in woord en beeld
of met behulp van stereoscoop of kinematograaf voor oogen stelde,
hoe in dat bovenbeiersch Alpendal eenvoudige boeren de levens- en
lijdensgeschiedenis van den Heiland en Verlosser voorstellen. Er zal
wel geen enkele vertooning van dien aard zoo bekend wezen als die,
welke alle tien jaren te Oberammergau terugkeert.

Ook over andere kerkelijke plechtigheden, over grootsche
optochten en grootsche processies, die men in Italië kan zien,
over tooneelvoorstellingen, aan den bijbel ontleend, gehouden in
spaansche en zuid-amerikaansche schouwburgen, is in alle talen
gesproken en geschreven; maar over het passiespel van de fransche
zending op het eiland Hiwaoa in de Stille Zuidzee, een van de groep
der Marquesaseilanden, is nog weinig tot de buitenwereld doorgedrongen.

Interessant is daarom wat de heer Arthur Abrecht uit New York
daarover in "Ueber Land und Meer" dezer dagen meedeelde. Hij zegt,
dat waarschijnlijk niet meer dan een dozijn blanken zich er op kunnen
beroemen, ooggetuigen van dit belangwekkend schouwspel geweest te
zijn. In Frankrijk, waarheen in de berichten van de zendingsposten
er melding van kan zijn gemaakt, weet men, dat daar ergens in het
zuidelijkste Zuiden van den Stillen Oceaan, verweg in de buurt van
Australië, wilden, kannibalen misschien wel, een zoogenaamd passiespel
opvoeren; maar overigens is de roem van de merkwaardige plechtigheid
niet buiten de koraalriffen doorgedrongen, die de rotsachtige oevers
van Hiwaoa omzoomen.

En toch wordt er nu al bijna vijftig jaren met Paschen een passiespel
opgevoerd. Katholieke zendelingen zijn er mee begonnen, en bij de
eerste voorstellingen waren ook zij de dragers der rollen. Van de
verschillende zendingsposten op de eilanden in de buurt kwamen ze over;
een ware vloot van koopvaardijschepen, voor het doel met opzet gehuurd,
verzamelde zich om Hiwaoa, en nadat de stille week voorbij was, gingen
de predikers weer heen, ieder naar zijn moeilijk werk, blij, een zaad
te hebben uitgestrooid, waarvan ze zich wel wat goeds voorspelden,
maar waarvan ze toch niet wisten, hoe de oogst zou uitvallen.

De gedachte, die de zendelingen had bewogen, aan de wilde,
donkerkleurige menschen het leven van Jezus in beeld voor te stellen,
was eenvoudig de opvolging der leer, dat aanschouwingsonderwijs meer
goed doet dan enkel woorden, en dat men door het oog meer leert
dan door het oor. Al spoedig kon men enkele kleinere rollen laten
bezetten door inboorlingen, tot belooning voor hun overgang tot het
Christendom. Het duurde daarna niet lang, of ook de grootere rollen
konden door de wilden worden gespeeld, en de zendelingen konden er
zich toe bepalen, régisseurs, koorleiders en costumiers te leveren.

Toen eerst bleek, welk groot succes men met deze voorstelling
bereikte, hoe voortreffelijk ze haar doel vervulde, door in eenvoudige,
primitieve beelden de geschiedenis van den timmermanszoon van Nazareth
nader te brengen tot het hart en het verstand van de wilden. En zelfs
nog tegenwoordig, nu de menschen al zooveel jaren gewend zijn aan
den jaarlijkschen terugkeer van de plechtige feestelijkheid, is de
moreele werking merkbaar.

Het passiespel wordt thans nog op hetzelfde tooneel opgevoerd, waarop
de zendelingen indertijd optraden. Het is een soort van natuurlijk
amphitheater midden in de kolonie van hutten, die het dorp Hiwaoa vormt
en die rondom den katholieken zendingspost is gelegen. De gebouwen
der zending, lage huizen van koraalsteen en gegalvaniseerd ijzer,
vormen twee kanten van een vijfhoekig plein. Aan twee andere kanten
staan dicht opeen rijen vijgenboomen en broodboomen, ware reuzen,
waarvan de ver in het rond afhangende takken samen met de knoestige,
over den grond kruipende wortels een bijna massief houten terras
vormen. Honderden toeschouwers vinden er gemakkelijk plaats. Daarbij
gaat het juist zoo toe als in de beschaafde wereld. De deftigen zitten
in het parterre; de inboorlingen klimmen in de takken en kijken van
die "galerij" uit naar het wondere spel. Het tooneel zelf is een
vastgestampt stuk land, waarlangs op den voorgrond en aan welks beide
zijden zich een stroomend beekje met kristalhelder water kronkelt,
waarvan de golfjes in het zonlicht glinsteren met lichtjes, die het
voetlicht op het tooneel kunnen vervangen.

Achter het tooneel verrijst een met klimplanten begroeide rotswand,
die zoo steil is, dat de régisseur op dit tooneel niet licht iemand
"door het midden" zal laten opkomen. Links heet de in een halven
kring om het tooneel stroomende beek Boventarula, rechts heet ze
Benedentarula, en de tusschen de coulissen op hun "woord" wachtende
medespelenden zijn voor de blikken der toeschouwers verborgen door
hooge broodboomen, die aan weerszijden tot het water reiken.

Voor de muziek zorgt een orgel, dat zijn ouderdom noch tracht
te verbergen, noch weg te cijferen en een klagelijk geluid laat
hooren, als de vingers van den zendeling of van een zendelinge over
de vergeelde toetsen glijden; dan een klarinet en een aantal tamtams
of trommen van uitgeholde boomstammen, waar men zoo aandoenlijk op
kan trommelen, dat men de tranen er van in de oogen krijgt. Onder
de door dit orkest voortgebrachte tonen der Marseillaise gaat het
gordijn omhoog voor het eerste tooneel "Christus en de kinderen". Dat
is natuurlijk slechts figuurlijk gesproken, want een gordijn heeft men
op Hiwaoa niet. Als de opvoering begint, komt Christus, een pikzwarte
Christus, eenvoudig van den kant der Boventarula op het tooneel,
de kinderen duiken achter de broodboomen vandaan aan den kant der
Benedentarula op en ze ontmoeten elkaar midden op het tooneel.

Dan legt de Christus ieder de hand op het zwarte hoofdje en naar de
Benedentarula trekt hij af met de kleinen achter zich aan. Evenmin
als een gordijn heeft men blanketsel noodig. De kinderen spelen in het
meer of minder complete toilet, waarin men ze dagelijks op den weg kan
zien. Voor Jezus speelt een inboorling, wiens naam Lurau is. Lurau
gaat door voor den behendigsten parelduiker en haaivisscher op de
Marquesaseilanden. Als hij zijn lang krullend haar flink in de olie
heeft gezet en glad gemaakt heeft, zijn baard heeft verzorgd, maakt
de forsche zwarte man in zijn lang en slepend kleed van sneeuwwit
mousseline eerder den indruk van een Christus dan veel vertooners van
den Heiland, die men in de passiespelen in Zuid-Amerika ziet optreden.

De Europeaan, die van kindaf gewend is, zich de lichtgestalte van
den Verlosser op zijn wijze voor te stellen, wordt in zijn illusie
wreed gehinderd, als daar de goede Lurau met een stralenkrans op
zijn geoliede haren verschijnt, een ornament, dat hij blijkbaar met
veel moeite en geduld uit een blik van cakes heeft uitgesneden. Want
Christus moet een stralenkrans hebben, redeneeren de zwarten, en
dien moet men zien, want heeft hij dien ook niet op alle plaatjes,
die in de kerk, de kapel en de school hangen? Daarom hebben ook de
zendelingen die concessie gedaan, en Lurau draagt zijn glinsterenden,
vergulden blikken ring in het haar. Tijdens de week van den Goeden
Vrijdag, zoolang de passiespelen duren, is de voorsteller van Christus
op het tooneel en in het dagelijksche leven waardig en deftig, een
waar model van deugd; later is hij.... nu, net als al zijn zwarte
broeders en zusters.

Het tweede tooneel stelt de boete van Magdalena voor. Deze dame
komt in een lichtroode "holokau", dat is een licht, los en eenvoudig
huiskleed, op het tooneel (rood om haar zondigheid zinnebeeldig voor
te stellen) van den Boventarulakant. Ze ziet Christus, die in een
nis van den rotsachtergrond uitrust, werpt zich voor hem neer, om
haar boetvaardigheid te toonen. Christus staat op, heft de knielende
omhoog en brengt plotseling een sneeuwwitte "holokau", die een goede
Voorzienigheid met opzet voor dit doel ergens in de plooien van zijn
gewaad verborgen heeft, te voorschijn, en zegent de boetvaardige
zondares, reikt haar het witte gewaad over, en zij trippelt met een
breeden grijns op het vetglanzige gezicht naar den Benedentarulakant,
verwisselt achter den beschermenden stam van een zwaren broodboom
in een oogenblik haar kleeding, en het tooneel eindigt daarmee, dat
Magdalena aan den bovenkant verdwijnt, van geluk stralend in haar
sneeuwwit gewaad, vrij van alle zonde en schuld. Deze rol wordt bijna
ieder jaar door een andere inboorlinge gespeeld.

Voor het tooneel van het Heilig Avondmaal heeft men zich noch Leonardo
da Vinci's schilderij ten voorbeeld genomen, noch dat van een anderen
meester, en het gevolg is, dat het Avondmaal op Hiwaoa ook zeer
wezenlijk verschilt van de gewone opvatting. Ja, er wordt zelfs niet
in zoo ver naar historische getrouwheid gestreefd, dat het maal aan
een tafel wordt gebruikt. Op den grond van het tooneel zet men op een
"tafellaken" van bananenbladeren een, wat de hoeveelheid betreft,
koninklijk maal neer, bestaande uit broodvruchten, bananen, pataten
en kokosnoten. Ieder gaat zitten als een Turk met gekruiste beenen en
nuttigt zwijgend en met veel ijver zooveel van de opgehoopte voorraden,
als hij binnen vijf minuten vermag in te nemen. Dan eerst begint men
te spreken.

Als het "Avondmaal" voorbij is, wordt het overschot eenvoudig in de
daarvoor als voorbeschikte Tarula geworpen, die dan ook zoo vriendelijk
is, het in snellen loop weg te voeren. Daarna volgt de voetwassching
van de jongeren. Lurau waadt in de rivier, zorgvuldig er op lettend,
dat zijn kleed niet nat wordt; hij gaat op een steen zitten, en de
een na den ander treden zijn leerlingen op hem toe en ieder laat zich
door zijn Heer en Meester met een stuk zeep en een harden, van het
buitenomhulsel eener kokosnoot vervaardigden borstel beide voeten
behoorlijk afwrijven.

Het meest realistische, het aangrijpendste tableau van alle
passiespelen, onverschillig waar ze worden opgevoerd, is het
tooneel "Christus geneest de melaatschen", zooals dat op Hiwaoa
wordt gegeven. Want hier treden in dit tooneel werkelijke leprozen
op. In de eerste tijden der passiespelen liet men ook deze rollen door
gezonden spelen; maar het is aan de overredingskunst der zendelingen
nooit gelukt, de arme kerels te overtuigen, dat het beter was,
zich aan dat gebruik te houden, hoewel er waarlijk geen gebrek is
aan melaatschen, die naar genezing verlangen. Want wat ze op het
tooneel zien, is voor hen Evangelie; wat daar gebeurt is voor hen het
leven; ze vergeten, dat in het sneeuwwitte gewaad van den Heiland hun
vriend Lurau is gestoken; ze zien enkel Jezus. Als ze aanschouwen,
hoe hij de melaatschen geneest, hoe ze zich opheffen uit de ellende
en hem juichende omringen, dan vragen ze, waarom, als de man zoo'n
wonderkracht heeft, gezonden te genezen, die het toch in het geheel
niet noodig hebben, terwijl er zooveel zieken geholpen zouden kunnen
worden? Met die beschouwing wendden zich eenige lepralijders op een dag
tot de zendelingen, en dezen wisten, als ze niet de geheele werking
en de groote bekoring van het passiespel wilden te niet doen, geen
anderen uitweg, dan dat ze overeenkwamen, bij de volgende opvoering
een half dozijn lepralijders, van wie een besmetting nog het minst
viel te verwachten, te laten meespelen.

De vrome waan moet naar de mededeelingen van de zendelingen bij
eenige zieken maanden van te voren ware wonderen hebben uitgewerkt,
zoodat hun toestand veel verbeterde. En sedert zoo een paar van die
ongelukkigen door hun deelneming aan het passiespel hun leven met een
paar weken of maanden verlengd hebben gezien, hebben de zendelingen
niet meer den moed, aan de leprozen, die zich aanmelden, het optreden
in dit tooneel te verbieden. Tegenwoordig komen ze in zoo grooten
getale toegestroomd, dat men genoodzaakt is, ze in verschillende
afdeelingen te splitsen en elke afdeeling op een anderen avond te
laten optreden. Overigens verzekert ook de zendingsarts, dat sinds de
invoering van dit zonderlinge gebruik de sterfte onder de melaatschen
op het eiland merkbaar geringer is geworden en dat tot nu toe door de
altijd toch bedenkelijke toenadering tusschen melaatschen en gezonden
geen ernstige gevolgen zijn ontstaan. Daartoe zal ook wel de kunst
van den dokter het hare hebben bijgedragen, want bij voorbeeld moet
de goede Lurau zich na iedere opvoering onderwerpen aan een kuur,
waarbij hij met formalin duchtig wordt doorgerookt.

Een der belangwekkendste karakters van de passiespelen is Judas. Van
het eerste begin af was het het streven van de zendelingen, aan de
inboorlingen de goede en de minder goede eigenschappen der handelende
personen zoo drastisch mogelijk voor te stellen. Met dat doel heeft
men dikwijls voor Judas Ischariot een bekenden misdadiger laten
optreden. Die apostel des Heeren moet dan ook in de meeste gevallen
zijn naam en karakter alle eer aan hebben gedaan en niet minder dan
zes acteurs voor deze rol moeten beproefd hebben, de beurs met de
dertig zilverlingen--in dit geval mexicaansche zilveren dollars,
die op het eiland als munt gelden--te doen verdwijnen. Om de
verdere spelers van de rol niet in verzoeking te brengen, hebben
de zendelingen een probaat middel toegepast, want tegenwoordig
verschachert op Hiwaoa Judas Ischariot zijn Heer voor de in de beurs
geborgen scherven van een gebroken koffiekopje of van een of ander
oud stuk aardewerk. Voor vier jaren hadden ze een Judas, een zekeren
John Bascard, zoon van een australischen koopman en een inboorlinge,
die juist in de strafkolonie een tijd moest vertoeven, omdat hij
een parelvisscher had bestolen. Deze apostel van Jezus maakte van de
hem geboden tijdelijke vrijheid op die wijze gebruik, dat hij op den
tweeden avond der passiespelen in het onbewaakte zendingshuis inbrak,
alles stal, wat hem het meenemen waard leek, zich met de actrice van
de Magdalena in een roeiboot naar een in de baai voor anker liggend
koopvaardijschip begaf, daar den waker, die alleen aan boord was,
in het water gooide, en daarna met zijn Magdalena, zijn gestolen buit
en het schip, dat hij geheel alleen bestuurde, naar een ander eiland
vluchtte, terwijl het passiespel met twee plaatsvervangers voor de
bedoelde rollen moeilijk ten einde werd gebracht.

De rol van Pontius Pilatus wordt sedert twintig jaren door een
oud dorpshoofd, Rauga, gespeeld. Zijn costuum bestaat uit een
met glinsterende knoopen bezetten uniformrok, een broek en een
cylinderhoed. De wapenrok en de cylinder hebben, hoe belachelijk
de combinatie ook is, hun reden van bestaan en beter zou Pontius
Pilatus op Hiwaoa moeilijk kunnen zijn uitgedost. Want de zendeling
en de fransche soldaat zijn de verhevenste persoonlijkheden, die de
wilde zich kan voorstellen. Iets hoogers bestaat er absoluut niet. Dus
welk een geweldig heerscher moet diegene wezen, die de kenmerken van
deze beide grootmachten mag dragen. Vandaar de rok van den soldaat
en de hooge hoed van den zendeling. En deze combinatie maakt op het
kinderlijke gemoed der inboorlingen dieperen indruk dan de toga, de
met den romeinschen adelaar gekroonde helm of welk ander eereteeken,
dat Pilatus kan hebben gedragen, ook zou hebben kunnen maken. De
zwarte broeder, die Johannes den Dooper voorstelt, moet zich met
een iets eenvoudiger uitmonstering tevreden stellen, namelijk met
den cylinderhoed, omdat hij immers net als de zendelingen doopt, en
een afgedragen gekleede jas. Voor het overige draagt deze Johannes,
die er inderdaad zoo uitziet, alsof hij van sprinkhanen en wilden
honig leeft, een lendendoek. Voilà tout.

Ruth Ingalls, sinds drie jaren de tooneelspeelster, die de moeder van
Jezus, Maria, voorstelt, is een half blank meisje, wier afstamming
onbekend is. Ze heeft de gestalte van een Juno, het gelaat van een
Helena en de manieren van een groote dame. Haar wijze van optreden is
onweerstaanbaar, innig bekoorlijk. Ruth is ongeveer vijf-en-twintig
jaar oud, vijftien jaren jonger dan Lurau, wiens moeder ze voorstelt,
en ze is sinds haar tiende jaar, toen een orkaan haar met het
wrakhout van een kustschoener van Tahiti aan het strand van een der
eilanden wierp, de bijzondere beschermelinge en ook lieveling der
zendelingen. Wie en wat ook haar ouders geweest zijn, de pleegouders
van Ruth Ingalls hebben het haar aan een goede opvoeding niet laten
ontbreken; ze is ook een goede Christin, en haar onvermoeid werken
in de school van de zending is voor de zendelingen oneindig veel
waard. Ruth's vertolking van de rol der Moeder Gods moge een weinig
naïef wezen, maar is bijzonder krachtig van werking op de toeschouwers,
en haar optreden is feitelijk het eenige bij de geheele opvoering, waar
men ook maar bij benadering den naam van kunst aan zou kunnen geven.






End of the Project Gutenberg EBook of York, by G. Bosch

*** END OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK YORK ***

***** This file should be named 27628-8.txt or 27628-8.zip *****
This and all associated files of various formats will be found in:
        https://www.gutenberg.org/2/7/6/2/27628/

Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at https://www.pgdp.net/


Updated editions will replace the previous one--the old editions
will be renamed.

Creating the works from public domain print editions means that no
one owns a United States copyright in these works, so the Foundation
(and you!) can copy and distribute it in the United States without
permission and without paying copyright royalties.  Special rules,
set forth in the General Terms of Use part of this license, apply to
copying and distributing Project Gutenberg-tm electronic works to
protect the PROJECT GUTENBERG-tm concept and trademark.  Project
Gutenberg is a registered trademark, and may not be used if you
charge for the eBooks, unless you receive specific permission.  If you
do not charge anything for copies of this eBook, complying with the
rules is very easy.  You may use this eBook for nearly any purpose
such as creation of derivative works, reports, performances and
research.  They may be modified and printed and given away--you may do
practically ANYTHING with public domain eBooks.  Redistribution is
subject to the trademark license, especially commercial
redistribution.



*** START: FULL LICENSE ***

THE FULL PROJECT GUTENBERG LICENSE
PLEASE READ THIS BEFORE YOU DISTRIBUTE OR USE THIS WORK

To protect the Project Gutenberg-tm mission of promoting the free
distribution of electronic works, by using or distributing this work
(or any other work associated in any way with the phrase "Project
Gutenberg"), you agree to comply with all the terms of the Full Project
Gutenberg-tm License (available with this file or online at
https://gutenberg.org/license).


Section 1.  General Terms of Use and Redistributing Project Gutenberg-tm
electronic works

1.A.  By reading or using any part of this Project Gutenberg-tm
electronic work, you indicate that you have read, understand, agree to
and accept all the terms of this license and intellectual property
(trademark/copyright) agreement.  If you do not agree to abide by all
the terms of this agreement, you must cease using and return or destroy
all copies of Project Gutenberg-tm electronic works in your possession.
If you paid a fee for obtaining a copy of or access to a Project
Gutenberg-tm electronic work and you do not agree to be bound by the
terms of this agreement, you may obtain a refund from the person or
entity to whom you paid the fee as set forth in paragraph 1.E.8.

1.B.  "Project Gutenberg" is a registered trademark.  It may only be
used on or associated in any way with an electronic work by people who
agree to be bound by the terms of this agreement.  There are a few
things that you can do with most Project Gutenberg-tm electronic works
even without complying with the full terms of this agreement.  See
paragraph 1.C below.  There are a lot of things you can do with Project
Gutenberg-tm electronic works if you follow the terms of this agreement
and help preserve free future access to Project Gutenberg-tm electronic
works.  See paragraph 1.E below.

1.C.  The Project Gutenberg Literary Archive Foundation ("the Foundation"
or PGLAF), owns a compilation copyright in the collection of Project
Gutenberg-tm electronic works.  Nearly all the individual works in the
collection are in the public domain in the United States.  If an
individual work is in the public domain in the United States and you are
located in the United States, we do not claim a right to prevent you from
copying, distributing, performing, displaying or creating derivative
works based on the work as long as all references to Project Gutenberg
are removed.  Of course, we hope that you will support the Project
Gutenberg-tm mission of promoting free access to electronic works by
freely sharing Project Gutenberg-tm works in compliance with the terms of
this agreement for keeping the Project Gutenberg-tm name associated with
the work.  You can easily comply with the terms of this agreement by
keeping this work in the same format with its attached full Project
Gutenberg-tm License when you share it without charge with others.

1.D.  The copyright laws of the place where you are located also govern
what you can do with this work.  Copyright laws in most countries are in
a constant state of change.  If you are outside the United States, check
the laws of your country in addition to the terms of this agreement
before downloading, copying, displaying, performing, distributing or
creating derivative works based on this work or any other Project
Gutenberg-tm work.  The Foundation makes no representations concerning
the copyright status of any work in any country outside the United
States.

1.E.  Unless you have removed all references to Project Gutenberg:

1.E.1.  The following sentence, with active links to, or other immediate
access to, the full Project Gutenberg-tm License must appear prominently
whenever any copy of a Project Gutenberg-tm work (any work on which the
phrase "Project Gutenberg" appears, or with which the phrase "Project
Gutenberg" is associated) is accessed, displayed, performed, viewed,
copied or distributed:

This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever.  You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.org

1.E.2.  If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is derived
from the public domain (does not contain a notice indicating that it is
posted with permission of the copyright holder), the work can be copied
and distributed to anyone in the United States without paying any fees
or charges.  If you are redistributing or providing access to a work
with the phrase "Project Gutenberg" associated with or appearing on the
work, you must comply either with the requirements of paragraphs 1.E.1
through 1.E.7 or obtain permission for the use of the work and the
Project Gutenberg-tm trademark as set forth in paragraphs 1.E.8 or
1.E.9.

1.E.3.  If an individual Project Gutenberg-tm electronic work is posted
with the permission of the copyright holder, your use and distribution
must comply with both paragraphs 1.E.1 through 1.E.7 and any additional
terms imposed by the copyright holder.  Additional terms will be linked
to the Project Gutenberg-tm License for all works posted with the
permission of the copyright holder found at the beginning of this work.

1.E.4.  Do not unlink or detach or remove the full Project Gutenberg-tm
License terms from this work, or any files containing a part of this
work or any other work associated with Project Gutenberg-tm.

1.E.5.  Do not copy, display, perform, distribute or redistribute this
electronic work, or any part of this electronic work, without
prominently displaying the sentence set forth in paragraph 1.E.1 with
active links or immediate access to the full terms of the Project
Gutenberg-tm License.

1.E.6.  You may convert to and distribute this work in any binary,
compressed, marked up, nonproprietary or proprietary form, including any
word processing or hypertext form.  However, if you provide access to or
distribute copies of a Project Gutenberg-tm work in a format other than
"Plain Vanilla ASCII" or other format used in the official version
posted on the official Project Gutenberg-tm web site (www.gutenberg.org),
you must, at no additional cost, fee or expense to the user, provide a
copy, a means of exporting a copy, or a means of obtaining a copy upon
request, of the work in its original "Plain Vanilla ASCII" or other
form.  Any alternate format must include the full Project Gutenberg-tm
License as specified in paragraph 1.E.1.

1.E.7.  Do not charge a fee for access to, viewing, displaying,
performing, copying or distributing any Project Gutenberg-tm works
unless you comply with paragraph 1.E.8 or 1.E.9.

1.E.8.  You may charge a reasonable fee for copies of or providing
access to or distributing Project Gutenberg-tm electronic works provided
that

- You pay a royalty fee of 20% of the gross profits you derive from
     the use of Project Gutenberg-tm works calculated using the method
     you already use to calculate your applicable taxes.  The fee is
     owed to the owner of the Project Gutenberg-tm trademark, but he
     has agreed to donate royalties under this paragraph to the
     Project Gutenberg Literary Archive Foundation.  Royalty payments
     must be paid within 60 days following each date on which you
     prepare (or are legally required to prepare) your periodic tax
     returns.  Royalty payments should be clearly marked as such and
     sent to the Project Gutenberg Literary Archive Foundation at the
     address specified in Section 4, "Information about donations to
     the Project Gutenberg Literary Archive Foundation."

- You provide a full refund of any money paid by a user who notifies
     you in writing (or by e-mail) within 30 days of receipt that s/he
     does not agree to the terms of the full Project Gutenberg-tm
     License.  You must require such a user to return or
     destroy all copies of the works possessed in a physical medium
     and discontinue all use of and all access to other copies of
     Project Gutenberg-tm works.

- You provide, in accordance with paragraph 1.F.3, a full refund of any
     money paid for a work or a replacement copy, if a defect in the
     electronic work is discovered and reported to you within 90 days
     of receipt of the work.

- You comply with all other terms of this agreement for free
     distribution of Project Gutenberg-tm works.

1.E.9.  If you wish to charge a fee or distribute a Project Gutenberg-tm
electronic work or group of works on different terms than are set
forth in this agreement, you must obtain permission in writing from
both the Project Gutenberg Literary Archive Foundation and Michael
Hart, the owner of the Project Gutenberg-tm trademark.  Contact the
Foundation as set forth in Section 3 below.

1.F.

1.F.1.  Project Gutenberg volunteers and employees expend considerable
effort to identify, do copyright research on, transcribe and proofread
public domain works in creating the Project Gutenberg-tm
collection.  Despite these efforts, Project Gutenberg-tm electronic
works, and the medium on which they may be stored, may contain
"Defects," such as, but not limited to, incomplete, inaccurate or
corrupt data, transcription errors, a copyright or other intellectual
property infringement, a defective or damaged disk or other medium, a
computer virus, or computer codes that damage or cannot be read by
your equipment.

1.F.2.  LIMITED WARRANTY, DISCLAIMER OF DAMAGES - Except for the "Right
of Replacement or Refund" described in paragraph 1.F.3, the Project
Gutenberg Literary Archive Foundation, the owner of the Project
Gutenberg-tm trademark, and any other party distributing a Project
Gutenberg-tm electronic work under this agreement, disclaim all
liability to you for damages, costs and expenses, including legal
fees.  YOU AGREE THAT YOU HAVE NO REMEDIES FOR NEGLIGENCE, STRICT
LIABILITY, BREACH OF WARRANTY OR BREACH OF CONTRACT EXCEPT THOSE
PROVIDED IN PARAGRAPH F3.  YOU AGREE THAT THE FOUNDATION, THE
TRADEMARK OWNER, AND ANY DISTRIBUTOR UNDER THIS AGREEMENT WILL NOT BE
LIABLE TO YOU FOR ACTUAL, DIRECT, INDIRECT, CONSEQUENTIAL, PUNITIVE OR
INCIDENTAL DAMAGES EVEN IF YOU GIVE NOTICE OF THE POSSIBILITY OF SUCH
DAMAGE.

1.F.3.  LIMITED RIGHT OF REPLACEMENT OR REFUND - If you discover a
defect in this electronic work within 90 days of receiving it, you can
receive a refund of the money (if any) you paid for it by sending a
written explanation to the person you received the work from.  If you
received the work on a physical medium, you must return the medium with
your written explanation.  The person or entity that provided you with
the defective work may elect to provide a replacement copy in lieu of a
refund.  If you received the work electronically, the person or entity
providing it to you may choose to give you a second opportunity to
receive the work electronically in lieu of a refund.  If the second copy
is also defective, you may demand a refund in writing without further
opportunities to fix the problem.

1.F.4.  Except for the limited right of replacement or refund set forth
in paragraph 1.F.3, this work is provided to you 'AS-IS' WITH NO OTHER
WARRANTIES OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOT LIMITED TO
WARRANTIES OF MERCHANTIBILITY OR FITNESS FOR ANY PURPOSE.

1.F.5.  Some states do not allow disclaimers of certain implied
warranties or the exclusion or limitation of certain types of damages.
If any disclaimer or limitation set forth in this agreement violates the
law of the state applicable to this agreement, the agreement shall be
interpreted to make the maximum disclaimer or limitation permitted by
the applicable state law.  The invalidity or unenforceability of any
provision of this agreement shall not void the remaining provisions.

1.F.6.  INDEMNITY - You agree to indemnify and hold the Foundation, the
trademark owner, any agent or employee of the Foundation, anyone
providing copies of Project Gutenberg-tm electronic works in accordance
with this agreement, and any volunteers associated with the production,
promotion and distribution of Project Gutenberg-tm electronic works,
harmless from all liability, costs and expenses, including legal fees,
that arise directly or indirectly from any of the following which you do
or cause to occur: (a) distribution of this or any Project Gutenberg-tm
work, (b) alteration, modification, or additions or deletions to any
Project Gutenberg-tm work, and (c) any Defect you cause.


Section  2.  Information about the Mission of Project Gutenberg-tm

Project Gutenberg-tm is synonymous with the free distribution of
electronic works in formats readable by the widest variety of computers
including obsolete, old, middle-aged and new computers.  It exists
because of the efforts of hundreds of volunteers and donations from
people in all walks of life.

Volunteers and financial support to provide volunteers with the
assistance they need, is critical to reaching Project Gutenberg-tm's
goals and ensuring that the Project Gutenberg-tm collection will
remain freely available for generations to come.  In 2001, the Project
Gutenberg Literary Archive Foundation was created to provide a secure
and permanent future for Project Gutenberg-tm and future generations.
To learn more about the Project Gutenberg Literary Archive Foundation
and how your efforts and donations can help, see Sections 3 and 4
and the Foundation web page at https://www.pglaf.org.


Section 3.  Information about the Project Gutenberg Literary Archive
Foundation

The Project Gutenberg Literary Archive Foundation is a non profit
501(c)(3) educational corporation organized under the laws of the
state of Mississippi and granted tax exempt status by the Internal
Revenue Service.  The Foundation's EIN or federal tax identification
number is 64-6221541.  Its 501(c)(3) letter is posted at
https://pglaf.org/fundraising.  Contributions to the Project Gutenberg
Literary Archive Foundation are tax deductible to the full extent
permitted by U.S. federal laws and your state's laws.

The Foundation's principal office is located at 4557 Melan Dr. S.
Fairbanks, AK, 99712., but its volunteers and employees are scattered
throughout numerous locations.  Its business office is located at
809 North 1500 West, Salt Lake City, UT 84116, (801) 596-1887, email
[email protected].  Email contact links and up to date contact
information can be found at the Foundation's web site and official
page at https://pglaf.org

For additional contact information:
     Dr. Gregory B. Newby
     Chief Executive and Director
     [email protected]


Section 4.  Information about Donations to the Project Gutenberg
Literary Archive Foundation

Project Gutenberg-tm depends upon and cannot survive without wide
spread public support and donations to carry out its mission of
increasing the number of public domain and licensed works that can be
freely distributed in machine readable form accessible by the widest
array of equipment including outdated equipment.  Many small donations
($1 to $5,000) are particularly important to maintaining tax exempt
status with the IRS.

The Foundation is committed to complying with the laws regulating
charities and charitable donations in all 50 states of the United
States.  Compliance requirements are not uniform and it takes a
considerable effort, much paperwork and many fees to meet and keep up
with these requirements.  We do not solicit donations in locations
where we have not received written confirmation of compliance.  To
SEND DONATIONS or determine the status of compliance for any
particular state visit https://pglaf.org

While we cannot and do not solicit contributions from states where we
have not met the solicitation requirements, we know of no prohibition
against accepting unsolicited donations from donors in such states who
approach us with offers to donate.

International donations are gratefully accepted, but we cannot make
any statements concerning tax treatment of donations received from
outside the United States.  U.S. laws alone swamp our small staff.

Please check the Project Gutenberg Web pages for current donation
methods and addresses.  Donations are accepted in a number of other
ways including including checks, online payments and credit card
donations.  To donate, please visit: https://pglaf.org/donate


Section 5.  General Information About Project Gutenberg-tm electronic
works.

Professor Michael S. Hart was the originator of the Project Gutenberg-tm
concept of a library of electronic works that could be freely shared
with anyone.  For thirty years, he produced and distributed Project
Gutenberg-tm eBooks with only a loose network of volunteer support.


Project Gutenberg-tm eBooks are often created from several printed
editions, all of which are confirmed as Public Domain in the U.S.
unless a copyright notice is included.  Thus, we do not necessarily
keep eBooks in compliance with any particular paper edition.


Most people start at our Web site which has the main PG search facility:

     https://www.gutenberg.org

This Web site includes information about Project Gutenberg-tm,
including how to make donations to the Project Gutenberg Literary
Archive Foundation, how to help produce our new eBooks, and how to
subscribe to our email newsletter to hear about new eBooks.